Lezing: bijna wielerseizoen!

Impressie van het 5e Fietscafé:

Op 6 maart 2019 heeft een leuke, inspirerende avond plaatsgevonden in de Nieuwe Banier, in Rotterdam. Op verschillende manieren werd ingegaan op de voorbereiding op het nieuwe wielren- en fietsseizoen. Ook voor de “gewone” fietser zaten er bruikbare tips bij.

Fietscafé woensdag 6 maart BIJNA WIELERSEIZOEN Over de voorbereiding op het wielrenseizoen van de prof, de amateurploeg en de recreant
Fietscafé woensdag 6 maart BIJNA WIELERSEIZOEN Over de voorbereiding op het wielrenseizoen van de prof, de amateurploeg en de recreant

De avond bestond uit drie duidelijk verschillende onderdelen:

  1. Interview met John den Braber, door Leon Erkelens, voorzitter van FB Rotterdam

De openingsvraag aan John, voormalig prof-renner, is “Hoe vindt de voorbereiding voor het fietsseizoen plaats?” Hoe doet de prof dat? Hoe doet de wielerploeg dat? En hoe plan je de (trainings)route?” Leon hoopt als fervent fietser geïnspireerd te raken door de professional. John den Braber is een fanatiek fietser, heeft als voormalig profwielrenner 31 zeges op zijn naam staan, was als 16 jarige in 1987 via Michiel Zijlaert als wielrenner binnengekomen en reed in 1992 zijn beste seizoen in dienst van Koga Myata.

Hij reed in die tijd twee keer in de week naar Gent om daar op de baan te trainen, omdat daar de faciliteiten heel goed waren.

 

Het gesprek heeft een mindmap als leidraad, met daarin 5 thema’s:

Timing, Materiaal, Sportief, Mentaal en Trainingsrondjes

mindmap Timing, Materiaal, Sportief, Mentaal en Trainingsrondjes
mindmap Timing, Materiaal, Sportief, Mentaal en Trainingsrondjes

Timing

Wat betreft timing geeft John aan, dat nu rond deze tijd veel renners al bezig zijn met de voorbereiding op het seizoen, om over een paar maanden te kunnen pieken. Er zijn echter ook renners die het hele winterseizoen doorgaan, desnoods thuis op een speciale spinningfiets. Hijzelf vindt het echter belangrijk dat fietsers een periode van rust nemen; voor de mentale gesteldheid is dit belangrijk maar ook voor de fysieke conditie.

 

Sportief

Het monitoren van de lichaamsverrichtingen is belangrijk. Vroeger gebeurde dat gewoon op papier, tegenwoordig heeft men allerlei metertjes, naast de kilometer-teller, de hartslagmeter nu ook de wattagemeter. Deze geeft aan hoeveel kracht op de pedalen wordt uitgeoefend. Dit laatste is van groot belang om goede feedback te krijgen en om je resultaten effectief te kunnen verbeteren. Nadeel van dit monitoren is wel, dat renners in een ploeg elkaar gaan zitten opjutten. Veel watt verbranden is de concurrentie onder druk zetten.

 

Mentaal

Mentaal is het als beroepsrenner bezig zijn zeer lastig; je moet er elke dag weer voor gaan. Je over een drempel heen zetten. Hijzelf reed in zijn proftijd zo’n 50 tot 80 wedstrijden per jaar! En hoewel je in een ploeg zit, moet je als individu het toch echt zelf doen. Soms moet de ploeg voor jou rijden, soms moet jij voor een ander in de ploeg rijden. Hijzelf is een tijdrijder en een sprinter. In de laatste kilometer heb je de meeste mentale druk. In een peloton dat op de finish afkoerst moet je geen (faal)angst hebben en je niet laten afleiden door randzaken. Je moet alert zijn en op het juiste moment je slag slaan.

 

Materiaal

In een koers rijden levert ook risicos en stress op; vaak wordt er ineens geremd en moet je alert reageren. Momenteel rijden steeds meer renners met schijfremmen, die veel sneller reageren dan oudere remsystemen. Het vergt wat stuurmanskunst. Hijzelf heeft vooral op de baan leren sturen. Bij baanwedstrijden rijdt je op fietsen zonder remmen en moet je met sturen obstakels ontwijken.

 

Trainingsrondjes

Trainingsrondjes deed hij vroeger gewoon langs de A13 met andere renners. Super saai. Tegenwoordig kiest hij voor mooie routes, zoals langs de Rotte; lekker in het zonnetje. Maar dat zijn andere tijden. Met een team kijk je vooral (zeker toen) naar veel kilometers maken, met zo min mogelijk stoplichten en ander verkeer. Maar dat had wel wat leuker gekund, achteraf.

 

  1. Presentatie door Frank Kwanten

Frank is General Manager van de fietsclub Delta Cycling. De ploeg heeft er voor gekozen om, vanuit het Westland,Rotterdam als uitvalsbasis te kiezen en Delta Cycling als merk neer te zetten in plaats van de naam van de sponsor.

Hun boodschap is: “We set you in the move.” We willen alle doelgroepen bedienen, van topsporters tot en met recreanten. Het team zet zich in voor mensen die in de stad fietsen, maar ook voor hen die er doorheen crossen. Delta Cycling wil er voor alle fietsers zijn. Ze hebben een campus in de Vijverhofstraat, waar jongelui aan hun fiets sleutelen. Ook hebben ze een project opgezet, waarbij jonge werklozen al fietsend in contact worden gebracht met ondernemers die op deze wijze zoeken naar een geschikte werknemer.

 

Voorbereiding in het team

Het belangrijkste in de begeleiding van wielrenners, is hen na laten denken over waar ze mee bezig zijn. Wezenlijke vragen zijn: “Ben ik er beter van geworden (van al dat trainen)?

Vind ik het leuk (genoeg)? Hoe gaat dat de komende 10 jaar?”

Een renner moet uiteraard hard kunnen trappen, maar het gaat ook om je adaptief vermogen en of je voldoende leergierig bent.

Bij Delta Cycling gebruikt men ook een assesment, om na te gaan of toekomstige renners de juiste mentaliteit hebben. De begeleiding van de renners duurt vervolgens 2 á 3 jaar. Er is een trainer verbonden aan de ploeg, een bewegingsdeskundige en er zijn verschillende faciliteiten. Momenteel krijgen ze een week voor de wedstrijd het wedstrijdplan.

Sommige renners doen het zo goed dat ze op een bepaald moment naar de profs over kunnen stappen.

 

Prof worden is niet voor ieder weggelegd en wordt bij Delta Cycling niet expliciet gestimuleerd als doelstelling. Het hangt vaak af van toevalligheden of het gebeurt: een ploeg zoekt bijvoorbeeld op een bepaald moment een klimmer. Als die dan in de amateurploeg aanwezig is, kan het zijn dat hij gekozen wordt door de prof.club, anders niet. Bij Delta Cycling worden alle handvatten aangereikt, maar moet de renner zelf nadenken over wat hij wil. Een mooi voorbeeld van verantwoordelijkheid bij de renners leggen is het informeren vooraf aan een wedstrijd. Bij Delta Cycling doen ze niet op de dag zelf, kort voor de race een briefing, maar delen ze per brief een week eerder wat de rol van de renner is. Zo kunnen ze zich er op voorbereiden (mentaal en technisch) en ook er over spreken met de trainer. De ervaring leert dat ze als team op die manier veel beter in de wedstrijd zitten. 

 

  1. Demonstratie van de routeplanner van de Fietsersbond door Beer Pijpker, bestuurslid van de Fietsersbond Rotterdam+Regio.

Nadat we het perspectief van de wielrenner hebben gezien, geven we aandacht aan een tool van de Fietsersbond om een optimaal trainingsrondje te plannen.

Beer opent de website van de fietsrouteplanner en neemt ons mee in de mogelijkheden. Het is mogelijk diverse gegevens en verlangens in te vullen: wat voor soort weg wil je? Is het een fietspad? Wil je verkeerslichten mijden?

 

Beter dan Google?

Voordeel van de fietsrouteplanner van de Fietsersbond in tegenstelling tot GoogleMaps is bijvoorbeeld dat je ook door eenrichtingsverkeerstraten kunt rijden. Deze inrijden is meestal voor fietsers toegestaan, maar GoogleMaps kent dit niet. De fietsrouteplanner wordt door vrijwilligers van de fietsersbond gecorrigeerd op dit soort zaken. Verder kun je routes opslaan, knooppunten tonen en uitschrijven en je kunt tracks maken voor je GPS (Tip uit de zaal: aantal tracks instellen op 1 en aantal punten op bijvoorbeeld 10.000). Al met al een mooie app om je (trainings)rondjes uit te stippelen en langs groene routes je weg te vinden